
Wij vetrekken redelijk bijtijds maar hebben al bij de eerste brug pech, hij gaat net voor onze neus dicht. De brugwachter wil wel een beetje meewerken dus draait hij de volgende keer een klein beetje te vroeg en met de vlam in de pijp moeten we de Alblasserdam brug net kunnen halen. Hoe harder we varen hoe harder het regent. Bernard heeft haast en ik vraag hem voor welke rederij hij vaart, ik dacht geboekt te hebben bij “Rederij Vakantie” maar dit gaat op werken lijken. Als dan ook nog blijkt dat de brug kapot is en helemaal niet draait…………….

We zijn niet het enige jacht en massaal wordt besloten de andere kant op te gaan om in de Veerhaven van Rotterdam te overnachten. Het is dat ik weet dat de zon er ook kan schijnen maar het is bar en boos. Ik probeer nog een paar foto’s te maken maar het grootste deel van de tijd blijf ik benedendeks. Inmiddels begin ik ook te ervaren hoe het leven met een bril is als het heel hard regent, daar wordt ik dus niet echt vrolijk van.

De van Brienenoordbrug is hoog genoeg maar de Koningsbrug en de Zwaan moeten voor ons open. De Veerhaven biedt beschutting en we gaan naar het Wereldmuseum alwaar ik mijn bejaarde cultuur barbaar aan boord, die meestal alleen maar roept: “ik ben bang dat het Kunst is”, weet over te halen een museum jaarkaart aan te schaffen. Er is een prachtige tentoonstelling over de Inca’s, we kijken ook nog even bij andere culturen maar we zijn te moe, de harde wind en de regen eisen hun tol.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten