donderdag 16 juli 2009

16 juli 2009

Ik had mij gisteravond voorbereid op flink ruig weer voor anker. Van mij mocht het hagelen, donderen en stormen. Ook voor een potje van je anker slaan was ik wel in. Maar niets van dit alles, na twee uur zakt de wind in, de slaap wil helaas niet echt lukken. In het voorschip staat de generator aan (lees: snurkt Bernard) ze zouden toch eens moeten uitvinden hoe je een snurker aan een accu koppelt, lijkt mij wel wat.
In de hondenkooi gaan de oordoppen van mijn Ipod op volle toeren. Ik word dan ook met een lichte kater wakker. Toch knap voor iemand die bijna nooit drinkt. Zo zie je maar het zeilersleven is vol verrassingen die niet altijd wind gerelateerd zijn. En ik moet niet zeuren, want volgens sommige snurkt ik ook,( heel lief dan, van horen zeggen) maar dat hoor je niet met dopjes in je oren.
Na het ontbijt gaat Bernard met zijn GPS speeltje langs de plaat lopen om zo een track uit te zetten voor een onbetonde doorsteek naar de vaarroute. Ik loop mijn Ipod leeg de andere kant op. Waarom duurt laag water nou niet eens 12 uur achter elkaar, zodat ik lekker door kan lopen. Gelukkig heeft Bernard in de gaten dat het water alweer terug komt en waarschuwt mij op mijn mobieltje, ik was de tijd vergeten. Miezelientje krijg ik eindelijk op de foto,ze ligt met haar buikje naar de zon.
Het is inderdaad gelukt om een andere route uit te zetten. En het gaat perfect. We zeilen tot aan Lauwersoog, heerlijk weer, goede wind.
In Lauwersoog is het chaos bij de sluis.
Ook al probeert de sluiswachter alles in goede banen te leiden, het loopt helemaal mis als de kapitein van de Ezonborg, snelle veerboot van Oostmahorn naar Schiermonnikoog, niet even kan wachten op de jachten die een baan voor hem vrij maken maar zich er gewoon tussen wurmt. Aso van de bovenste plank en dat staat dan in wit overhemd met strepen op de brug. Met zo’n man moet je ook niet de oorlog moeten winnen.
In de sluis stap ik op de kant om een lijntje op de bolder te zetten, er staat een man van de marechaussee, hij schrikt op . Had u ook aan mij kunnen vragen hoor. Ja, wat niet kan, maar u stond zo heerlijk te dromen. Hij lacht verlegen. Dat mag hoor, met dagdromen maak je je harde schijf schoon. Dat ruimt lekker op. Verbaasd laat ik hem achter. Gaat ie vast over nadenken.
Eigenlijk hadden we door willen varen naar Kollum maar we zijn moe en gaan voor de jachthaven voor anker in de zon.
We vragen ons af wanneer het ook hier vol zal staan met vakantie huisjes. Misschien ook wel niet en wordt het wel een beschermd natuurgebied voor zeldzame mensen.

Morgen zijn we weer thuis.

woensdag 15 juli 2009

15 juli 2009

Ze huppelen in hun te grote korte broeken, spillebeentjes, crocs en oranje zwemvestjes over het steiger. Gewapend met schepnetjes en emmertje op krabbenjacht. Er horen zelfs speciale kreten bij, een soort van indianen kreten maar dan voor krabben. Ze vinden het heerlijk als ze er eentje te pakken hebben, maar dan zitten er ineens wel heel veel poten aan en wordt papa geroepen, die is groot en sterk en haalt hem voor je uit je netje . Papa is trots en zou het liefste meegaan in het spel van de krabbenindianen, maar hij wordt geroepen en wachten hem andere taken vindt moeders.
Verder onder de goud gekleurde trommelstokken van de Lemmeraken rollen de errrrrrs gezapig rond, vader zit in z’n badjas de kater te verwerken van een avondje met bevriende mede zeilers en moeders leest privé. Je moet iets om van het Gooische op de hoogte te blijven.
Een jongetje komt mij zijn vlieg laten zien, hij zit al de hele dag op zijn duim. Hij mist een pootje of ik weet hoeveel pootjes een vlieg heeft. Volgens mij zijn het er zes. Of de vlieg heel even op de boot mag zitten, dat kan. Niet gerust dat ik er ook ernstig op ga letten komt hij de vlieg weer halen. Ik vertel hem dat hij vast heel bijzonder is als de vlieg speciaal hem uitkiest om uit te rusten. Hij knikt instemmend. Papa staat inmiddels de krabben te vangen en hij buigt zich over het wel en wee van de vlieg. God waar blijft de tijd.
Dan wordt het tijd om de haven te verlaten. De rijen zijn gemiddeld 4 tot 5 schepen dik. Er komt een man aan kant naar mij toe en zegt dat hij wat wil vragen. Zijn intro is dat het een rare vraag gaat worden, zo iemand heeft direkt mijn onverdeelde belangstelling. Ik zeg hem dat rare of domme vragen nooit gesteld worden, dus shoot! Mevrouw hoe komt u hier nou weg? Even komen mijn chartertrekjes boven en wil ik zeggen dat ik ze gewoon allemaal los gooi en er dan met mijn schip overheen spring. Maar Bernard kijkt mij vermanend aan, hij kent mij, en ik geef hem een serieus antwoord. Leg hem uit dat het meestal in goed onderling overleg tot stand komt. En zo gezegd zo gedaan, alle schippers zijn op tijd op hun schepen en zonder schreeuwen of een ander Frans woord komt iedereen de haven uit.
Er staat een behoorlijke bries en ook deze reis zijn onze nautische opvattingen niet helemaal compatible. Hoe overtuig je een man van het feit dat ook hem iets kan overkomen, waarom blijven ze onoverwinnelijk en kan hun nooit iets gebeuren. Wie gaat het oplossen als ze in de plomp vallen de zeilen eraf moeten, de motor gestart en dan ook nog teruggevonden willen worden? Ik, als het even kan. Nou dat “even” kun je wel vergeten . Natuurlijk valt hij niet overboord dat overkomt alleen anderen, ook hij heeft het zwemvest noch de life line echt nodig. Helaas ben ik een schipperskind en weet wel beter.
Dit dispuut zal niet ons laatste wezen ,maar het is verdomd lullig om later te moeten zeggen: I told you so.
Inmiddels waait het een goeie 6 als we op het Wierumer wad aankomen. We besluiten om eerst te ankeren en daarna te kijken of we wat hogerop gaan. Bernard wijst op een zeehond en ik zeg dat zij hier altijd is, ze heet Miezelientje en woont in haar eentje daar op een kleine bult, dat weet je toch van de vorige keren. Hoezo weet ik dat het een meisje is vraagt hij. Nou gewoon, de jongens gaan jagen en het zijn de meisjes die alleen blijven. Wad-else is new.

dinsdag 14 juli 2009

14 juli 2009

In de ochtend ziet het er wat minder zonnig uit. We liggen niet helemaal droog en het miezert. De schipper van het andere schip op de plaat heeft zijn ochtendwandeling er al op zitten.
Ik geniet van de rust, de stilte en het opkomend water.
Er is ook nog een scheepje vast gelopen. Keurig de geul gevolgd maar de tonnen liggen niet helemaal goed dat hadden we bij laag water al gezien. We varen samen een stukje op. Hij is sneller en bovendien wil ik heel erg rustig langs de zeehonden banken varen. Wat zijn het er ontzettend veel. En zoveel verschillende snuitjes. Wat zijn ze leuk en lekker nieuwsgierig.
Helaas is de oostenwind niet gekomen en we moeten op de motor naar Ameland. Daar willen we inkopen doen en de jachthaven heeft ook een wasmachine. Met ontzettend goor waspoeder zoals nu blijkt, gatver als dat fris is ????
Het lijkt op de appeltjes shampoo die Bernard ooit heeft gekocht.
We lopen rond 15.00 uur de haven binnen. Er is inmiddels een havenmeester met bootje, vast van Terschelling afgekeken, die ons keurig vertelt waar wij moeten liggen, soort bij soort, lengte bij lengte. Er is een plastic fantastic kant en een kant voor stalen schepen. Handig want anders worden die afwasteiltjes van die dure fenders. De haven ligt echt tsjok en tsjok vol en alles gaat heel relaxed.
We gaan eerst een koud biertje drinken op het terras naast het havenkantoor. Lekker uitzicht. Daarna doet Bernard de was en ik ga boodschappen doen, het is heel erg warm. Lang leve de airco in de supermarkt. Ik vond heerlijke gamba’s op stokjes en ander smulspul dus lekker ons brandertje tevoorschijn gehaald en smikkelen in de kuip. Daar wilden de buren even alles van weten. Hoe kwamen wij aan zo’n leuk ding. Ook andere schepelingen liepen opvallend vaak langs, op de geur af.
Er liggen een hoop charters met de bijbehorende decibels. Wat heerlijk dat wij niet meer hoeven. Dass war einmahl.
De meeste foto’s van de zeehonden zijn goed gelukt en wonder boven wonder is er ook een foto van mij gemaakt. Deze reis was ik er dus ook bij. Dat is jaren geleden. Oberon en Sas komen volgende week mee varen. Super.

maandag 13 juli 2009

13 juli 2009

Vandaag zijn Misha en Daphne jarig en wij liggen heerlijk op het wad.

Vanmorgen op tijd wakker voor de verandering.
Helaas kon Bernard het sloffie met de koffie aan zijn bed niet waarderen dus werd ik maar gewoon mijn eigen fee met de thee. In de zon. Daarna op m’n blote voetjes in mijn pyamaatje lekker op de plaats gebanjerd. Canon vanPachelbel in mijn oren. Helemaal goed.
Na het ontbijt nog wat mosselen bijgezocht. Oesters had ik genoeg. Daar ga ik eens even iets nieuws mee uitproberen.
Na hoog water gaan we anker op en alvast richting Ameland, door het Smeriggat. De naam alleen al is een waarschuwing.
Maar het weer is mooi, voor anker wachten we een paar uur.
2 uur na hoog gaan we verder richting zandbank recht op het vogelwachtershuisje af. De bank is mooi hard en volgens mij gaan hier alle vogels naar de kapper. Het ligt bezaaid met veren. Te eten is er weinig, maar het is wel een lekkere wandelplaat. Na het eten, de oesters en mosselen waren heerlijk, gaat Bernard het anker nog wat verleggen, ik ga op sjouw, met camera. De zeehonden op de plaat naast ons luieren in de avondzon en de wind gaat liggen.
Wat een oneindige schoonheid.
Weer aan boord wachten we de zonsondergang af.
Als ik later de foto’s in mijn computer zet blijkt er achter de plaat met de zeehonden nog een andere plaat met nog heel veel meer zeehonden te liggen. Dat had ik met het blote oog nog niet gezien, de camera wel.
Jammer dat er nog geen photoshop op de computer staat, alle foto’s moeten wachten tot ik thuis ben
Morgen hopen we met oostenwind naar Ameland te varen.
De letters in onze wimpel betekenen “Zeilen Naar Nergens”

zondag 12 juli 2009

12 juli 2009

De dag begon met een waterig zonnetje en droog. Ik heb er een nacht van 12 uur slaap opzitten. Hoe is het mogelijk.
We doen rustig aan,meer lunch dan ontbijt dus.
We besluiten toch naar het Wad te gaan de vooruitzichten zijn gunstig en de windrichting ook.
We gaan gelijk zeilen,maar eerst gaat Bernard nog even oefenen in droogvallen op de Dokkumer EE. Heeft het toch nog niet helemaal gesnapt. Net als hij denkt een sleepje nodig te hebben krijg ik hem los. Girlpower. Inmiddels is het toch weer gaan regen en Bernard zeilt als een arabier met handdoek op zijn hoofd en buik vooruit. Het levert een fraaie foto op.
We zeilen tot aan de sluis. Eenmaal door de sluis een kleine stop in de visserijhaven. We kopen vis voor vanavond.
Voor morgen staan er mosselen en oesters op het menu.
Na de sluis hebben we tij en wind mee richting Wierumerwad.
Onder kluiver en gereefd grootzeil gaat het hard. De Compaen komt ons tegemoet met een op drift geraakte ton en die moet er hard aan trekken om met het gevaarte achter zich aan tegen de stroom in naar Lauwersoog te krijgen. Het is een joepster en je zal hem toch maar in het donker voor de boeg van je schip zien of erger nog erop navigeren.
We vallen deze keer een beetje schuin droog. Maar in de avond knapt het helemaal op en gaat zowaar de zon schijnen. We gaan van boord en verkennen het plaatselijke eten. We lopen dus gewoon op de markt, waar de kokkels min of meer zijn uitverkocht, mosselen goed vertegenwoordigd en genoeg oesters voor de lunch. Niet dat ik ze rauw eet, dat blijf ik net
een ernstige verkoudheid met zeewatersmaak vinden, maar barbaar die ik ben, ik eet ze gekookt.
De wind is helemaal gaan liggen. Er komen nog wat wadlopers voorbij, die melden we bij de kustwacht en dan valt de avond als een deken over de plaat. De vogels worden rustig en de eerste golfjes kabbelen alweer tegen het schip.
Morgenvroeg is het weer laag water.

zaterdag 11 juli 2009

11 juli 2009

Het weer begint ietsie pietsie op te knappen. Veel is het niet.
Ook nog lang geen waddenweer. We vertrekken naar het kleine haventje
richting Dokkumer Nieuwe Zijlen. We doen dat lekker een stuk achter de fok aan. In het haventje is voldoende plek, we kunnen prima met de kop op de wind.
Na de lunch ga ik opnieuw slapen, ik heb de slaperitus. Alle vermoeidheid breekt in 1 x door lijkt het wel. En Bernard doet heel dapper en geeuwt achter zijn hand. Echte mannen slapen niet…….. natuurlijk!!!!!!
In de haven is er gelijk naast de boot nieuw leven, een waterkipje met 6 jongen zachte grijze beestjes bijna zo groot als moeder maar van een tederheid niet te geloven.
Na het slapen heb ik zin om nu eens goed de benen te strekken,geen sportschool, dan maar lekker lopen. En kijk, zowaar Bernard gaat mee.
Bij de ondergaande zon zit ik nog even heerlijk op een bankje op de dijk. Het is me eindelijk gelukt om de muziek van het net op mijn Ipod over te zetten en daar geniet ik van. Bernard brengt mij een kopje thee.

vrijdag 10 juli 2009

10 juli 2009

10 juli 2009

De hemel zet de sluizen open en de wind speelt mee. We blijven liggen.
Rommelen wat aan en vooral ik slaap heel veel.
Tegen vieren komt de zon er ineens door en we maken een wandeling over het eiland, dat steeds verder begroeit raakt. Er is nog maar 1 punt waar we aan de overkant bij het water kunnen komen. Het ziet er op het meer ruig uit met flinke schuimkoppen. Dan probeert Bernard een weg te zoeken door het berenklauwen bos, ga ik mooi niet doen, echt niet.
We vragen ons af hoe die mollen op het eiland zijn gekomen, het waren vroeger zandbanken die door de afsluiting begroeid zijn geraakt. Zijn ze hier naartoe gezwommen, zijn ze uitgezet en zoja waarom dan. Misschien wel voor de drainage, dat zal het wezen, het zijn drainage mollen.
Moeder fuut is nog steeds bezig haar roepende jong van voedsel te voorzien. Het vertoont aardig puberale trekjes en zoals dat gaat bij pubers er is nooit genoeg eten in huis. En pa, die vogel is al lang gevlogen.

donderdag 9 juli 2009

9 juli 2009

9 juli 2009

Helaas zijn de weergoden ons niet zo goed gezind. Er moet veel van en aan boord. We proberen zoveel mogelijk tussen de buien door te sjouwen.
Het regent niet alleen het waait ook nog eens behoorlijk. Geen wadden weer met windkracht 7 tot 8.
Om 15.00 uur zijn we klaar met laden lossen, water bunkeren en diesel halen. We besluiten niet naar het wad te gaan maar de beschutting van
de eilandjes op het Lauwersmeer te zoeken. Alleen op de fok varen we soms 5 knopen, we stuiven erdoor.
Het is nog niet echt druk op de eilandjes. Plek zat. Bernard slaat de nieuwe kluiver weer aan en langzaam vinden dingen weer hun bestemming.
In de weinig zonnige momenten bestuderen we een moeder fuut met haar jong. Moeder duikt en kind heeft het nakijken, als ze even later boven komt met een visje wacht ze braaf met haar buit tot haar jong enthousiast komt aanzwemmen. Soms houdt ze de buit zelf, want ook moeders moeten eten. Ooit een teleurgesteld fuutje gezien………………